Zijn laatste weg
Op 26 januari 1959 overleed Bruno Gröning in Parijs
Diagnose: maagkanker in gevorderd stadium
In de late herfst van 1958 ging Bruno Gröning met zijn tweede echtgenote Josette, met wie hij in mei 1955 was getrouwd, naar Parijs en liet zich door de bevriende kankerspecialist dr. Pierre Grobon onderzoeken. De uitslag van verschillende foto's toonde aan: maagkanker in gevorderd stadium. Dr. Grobon wilde onmiddellijk opereren, maar Bruno Gröning weigerde.
Hij ging terug naar Duitsland en bereidde de Kerstvieringen van de gemeenschappen voor. Op 4 december sprak hij een band in, die op alle Kerstvieringen afgespeeld moest worden. Daarna ging hij met zijn vrouw opnieuw naar Parijs. Dr. Grobon had intussen de vooraanstaande specialist in kankerchirurgie, dr. Bellanger, ingelicht. In diens kliniek in de Rue Henner, niet ver van Montmartre, kwam het op 8 december tot een operatie. Het resultaat was voor de artsen schrikbarend: het was nog veel erger dan de röntgenfoto`s deden vermoeden - niet meer operabel. De wond werd direct weer gesloten.
Verbazingwekkend snel herstel
Josette Gröning schreef hierover: „Ze konden echter niet begrijpen, dat Bruno's uiterlijk zo weinig van zijn verschrikkelijke inwendig lijden verried, dat hij nog normaal kon ademhalen, dat zijn stofwisseling in de laatste weken nog feilloos gefunctioneerd had, dat zijn bloedbeeld uitstekend was. In dit vergevorderd stadium vindt er bij de minste voedselopname gewoonlijk een zich steeds herhalend braken plaats, en de zwaar beproefde patiënt moet langzaam verhongeren. Bij Bruno was dit allemaal niet het geval.“
Tot verbazing van zijn artsen herstelde hij heel snel en ging terug naar Duitsland, waar hij het Kerstfeest meemaakte. Half januari 1959 had hij een driedaagse ontmoeting met de bestuursleden van de nieuwe vereniging en bepaalde hoe het werk moest worden opgebouwd. Beiden hadden geen vermoeden, dat het hun laatste ontmoeting met Bruno Gröning zou zijn.
Operatie in Parijs onder begeleiding van onweer
Op 21 januari vloog hij weer naar Parijs. Wegens een afsluiting van de dikke-darmbocht was een operatie onvermijdelijk. Op 22 januari 1959 om 9.00 uur voor de middag - op hetzelfde moment toen in München de cassatie begon - werd Bruno Gröning opnieuw geopereerd. Hij moest datgene over zich heen laten gaan, wat hij talloze mensen bespaard had, hij kon en mocht zichzelf niet helpen.
Toen hij deze ochtend onder narcose was, brak plotseling een hevig onweer boven Parijs uit. De vrouw van Gröning vertelde: „Merkwaardig is ook het volgende natuurverschijnsel. Op 22 januari 1959, terwijl mijn man nog onder narcose was, verduisterde een plotseling losbarstend onweer met bliksemschichten en donderslagen de vrolijke stemming van de dag. Het werd zo donker, dat men op klaarlichte dag het licht aan moest doen. De zuster sprak haar verbazing over zo'n hevig onweer uit. Gedurende de op de operatie volgende dagen waren Bruno's temperatuur, zijn bloeddruk, zijn pols volkomen normaal. Hij stond zelfs nog twee keer op en ging in een leunstoel zitten.“
„Totale inwendige verbranding“
Op de 25 e raakte hij in coma, en de volgende dag, de 26e januari 1959, om 13.46 uur stierf Bruno Gröning in de Clinique Henner aan kanker, zoals de arts het in de overlijdensakte aanhield. Was het werkelijk kanker? Dr. Bellanger had na de tweede operatie gezegd: „De verwoesting in Bruno's lichaam is verschrikkelijk, het is een totale inwendige verbranding. Hoe hij zo lang en zonder ontzettende pijn te lijden, kon leven, is mij een raadsel.“
Bruno Gröning had al jaren voordien gezegd: „Als men mij het werken zal verbieden, verbrand ik inwendig.“
In memoriam
Hoe Bruno Gröning dit bittere lot droeg, getuigt een brief, die dr. Grobon op 26 februari 1959 aan de weduwe schreef:. „Deze [de aan Bruno Gröning gewijde zorgen van de arts] waren slechts vanzelfsprekend, en ik mag wel zeggen, dat deze een geweldige steun in de moed, de wilskracht en de belangrijke persoonlijkheid van Bruno Gröning hebben gevonden […].“
Dr. Bellanger bracht zijn bewondering tegenover Bruno Gröning nog in december 1974 in een brief tot uitdrukking: „Bruno Gröning was een man met een hart, een waardevol mens, die zich staande hield, en de waardigheid ten aanzien van het lijden en de dood roept ook nu nog bewondering op.“
Na de crematie vervalt een definitief vonnis
Het lichaam van Bruno Gröning werd gecremeerd in een crematorium in Parijs en de urn werd op het Waldfriedhof in Dillenburg bijgezet.
Het proces werd wegens overlijden van de aangeklaagde voor afgedaan verklaard, en een definitief vonnis werd nooit uitgesproken.
Ieder kan vanuit zichzelf hulp en genezing beleven
„De wondergenezer van Herford“, die duizenden en nog eens duizenden mensen het heil had gebracht, stierf eenzaam en verlaten in een kleine straat in Parijs. Waarom moest dit gebeuren? Waarom moest hij zo'n bitter leed dragen? Waarom kon hij zichzelf niet helpen?
Grete Häusler (1922-2007) genezen, jarenlang medewerkster van Bruno Gröning en oprichtster van de Bruno Gröning-Vriendenkring schrijft daarover in haar boek: Het heil ervaren, dat is waarheid: „Bruno Gröning heeft in de korte tijd van zijn aardse leven veel goeds bewerkstelligd. De gave van het helpen en genezen kreeg hij al in de wieg. Overal, waar hij ook kwam, gebeurden er wonderbaarlijke dingen die men niet met het verstand kon verklaren. In 1949 trad hij in de openbaarheid. Na de grote genezingen die in Herford plaatsvonden, en nadat zijn naam in binnen- en buitenland op ieders lippen lag, kreeg hij na drie maanden een geneesverbod. Men vervolgde hem en joeg hem op, men deed hem het grote proces aan en wilde hem straffen en veroordelen. Waarom? Wie had hij iets kwaads aangedaan? Niemand, maar wel duizenden mensen zoveel goeds, dat zij van geen ander mens hadden kunnen ontvangen. Onschuldig wilde men hem straffen! Onschuldig belette men hem dat te doen, wat God hem had opgedragen te doen - de mensen te helpen! Bitter heeft hij deze boosheid in Parijs in de kankerkliniek in de Rue Henner moeten uitdragen! Onder hevige pijn verbrandde hij inwendig aan de Heilstrom, die hij niet mocht doorgeven. De menselijke wet wilde hem dit in Duitsland verbieden. Onder alle leugens en laster stond hij daar als aangeklaagde, als misdadiger! Stil en alleen, geen vriend wist ervan, droeg hij al het leed van de mensheid uit. En het was een uitdragen, het was niet voor niets! Het moest zo gebeuren, anders was het niet meer mogelijk de mensen te helpen.“
En in haar boek Ik leef, opdat de mensheid verder zal kunnen leven schrijft zij: „In het gebruik van het woord ‚offer‘ moeten wij mensen zeer zorgvuldig zijn. Maar hier, toen Bruno Gröning in Parijs stierf, is dit woord in zijn volle omvang de waarheid.“
Alleen zo was het mogelijk, dat zijn woord in vervulling kon gaan, waarvan nu in talloze succesberichten wordt getuigd: „Wanneer ik niet meer op deze aarde als mens zal zijn, dat wil zeggen als ik mijn lichaam zal hebben afgelegd, dan is de mensheid zo ver, dat ieder vanuit zichzelf de hulp en genezing kan beleven.“