Getuigenbericht uit die tijd
Genezing van verstopping en een embolie - „De gebeurtenis was het gesprek van het dorp“
Terwijl hulpzoekenden op de Wilhelmsplatz op Bruno Gröning wachtten, vonden elders gebeurtenissen plaats zoals de volgende:
De artsen hadden de moeder van onze getuige uit die tijd opgegeven. Zes weken lang was er geen stoelgang geweest. Alle medische inspanningen zoals clysma's, laxeermiddelen enz. waren zonder succes gebleven. Hierbij kwam een embolie.
Getuige uit die tijd: „Wij, dat wil zeggen al onze familieleden, waren doodop. We grepen naar elke strohalm om toch nog hulp en genezing voor onze moeder te vinden. In deze omstandigheid hoorden wij dat Bruno Gröning hier in Herford in de Wittekindstraße bij een ernstig zieke was. Ik ging op weg. Daar waren al ca. 20 andere mensen, die ook allen hulp zochten. Bij de begroeting zei Bruno Gröning mij: ‚Gaat u de keuken binnen, vanavond ga ik mee naar uw moeder.‘ Waarvandaan hij wist dat ik wegens mijn moeder kwam, weet ik niet. Ik had hem niets gezegd.
Tijdens het wachten in de keuken beleefde ik het volgende:In de tussentijd kwam er een moeder met haar kind. Dit kind (een meisje) had vreselijke kinkhoest. Wij hadden dat verschrikkelijke hoesten al van verre gehoord. Het kind werd met de moeder bij ons in de keuken gebracht. Bruno Gröning streek het liefdevol over het haar. Terwijl hij zich tot de moeder wendde, zei hij: ‚Let u op uw kind, want het zal binnen een kwartier geel slijm opgeven.‘ Bruno Gröning verliet daarop de keuken om zich weer aan de anderen te wijden. Opeens begon het kind te kokhalzen. Ik kon het nog net pakken en boven de kolenkit houden, waar het overgegeven heeft. Zo'n braken heb ik van mijn leven nog nooit gezien. Later zei Bruno Gröning tegen de moeder: ‚Het kind is gezond...‘ Ze ging weg en het meisje hoestte niet meer.
's Nachts om 24.00 uur gingen wij dan naar mijn moeder in Bielefeld. Tijdens de rit merkte Bruno Gröning op dat ik mij geen zorgen moest maken, omdat de genezende kracht van God komt. De mens moet in het goede geloven. Verder deelde Bruno Gröning mij mee dat hij zich nu, tijdens de rit, al met mijn moeder bezighield, ja, geestelijk zijn blik op haar richtte.
Toen wij in de slaapkamer van mijn moeder kwamen, ging Bruno Gröning bij haar aan het bed zitten. Tot mijn grote vreugde zag ik dat haar ogen al wezenlijk helderder stonden. Haar buik echter stond nog zo bol als een ton. Bruno Gröning sprak toen met haar en ik zag dat de levensvreugde weer bij mijn moeder terugkeerde. Haar hart stond open voor Bruno Gröning, ze heeft in hem geloofd. Bruno Gröning vroeg om een glas water voor mijn moeder en zei dat dit haar goed zou doen. Ik haalde fris water bij de pomp op het erf en mijn moeder dronk dit. Zich tot mijn vader wendend, zei Bruno Gröning: ‚Let u op de stoelgang en de urine van uw vrouw, u zult zien en u verbazen hoe alles ontslakt en wat er allemaal uitkomt.‘ Mijn vader vroeg Bruno Gröning wat hij hem schuldig was, wat hij moest betalen. Bruno Gröning echter zei slechts: ‚Wij moeten God de Heer danken en in de vorm van een dankschrijven vertellen wat wij hebben beleefd.‘
De volgende dag begon het gerommel in de buik van mijn moeder. Vader zei dat zij zeven ondersteken vol kon kwijtraken. Twee dagen later stond mijn moeder volledig genezen op. Sindsdien waren ook haar open benen en spataderen zonder medisch toedoen genezen. De behandelend arts was sprakeloos. De gebeurtenis was het gesprek van het dorp.
Toen ik Bruno Gröning in de ogen keek, wist ik: daar staat een gelovige! Hij had een unieke uitstraling. Als vroeger iemand mij zo'n belevenis verteld had, zou ik gedacht hebben: ‚Kom, die is niet goed snik!‘ Maar de mens moet zoiets eerst zelf hebben meegemaakt om het te kunnen geloven. Deze gebeurtenis bleef voor mij een buitengewone belevenis.“